EBER staat voor Epstein-Barr-virus-gecodeerde kleine RNA's. Dit zijn kleine, niet-coderende RNA's die worden geproduceerd door de Epstein-Barr virus (EBV), een lid van de herpesvirusfamilie.
EBER's behoren tot de meest voorkomende virale RNA's die aanwezig zijn in met EBV geïnfecteerde cellen. Er zijn twee hoofdtypen, EBER1 en EBER2. Ondanks hun hoge overvloed aan EBV-geïnfecteerde cellen, zijn de exacte functies van EBERs niet volledig begrepen. Er wordt aangenomen dat ze een rol spelen bij het moduleren van de immuunrespons van de gastheer en het handhaven van de virale latentie.
Een cel produceert EBER wanneer deze is geïnfecteerd met de Epstein-Barr virus (EBV). EBV kan verschillende soorten cellen infecteren, maar het infecteert voornamelijk B-cellen (een soort witte bloedcel) en epitheelcellen. Zodra EBV een cel infecteert, integreert het zijn DNA in het DNA van de gastheercel, waardoor de cel virale eiwitten en RNA's gaat produceren, waaronder EBER's.
De aanwezigheid van EBER is nauw verbonden met verschillende soorten kanker en lymfoproliferatieve aandoeningen, evenals met andere aandoeningen, waaronder:
Pathologen testen op EBER met behulp van in situ hybridisatie (ISH). Deze techniek omvat het gebruik van een gelabelde probe die specifiek bindt aan het EBER-RNA dat aanwezig is in de cellen van een weefselmonster. De aanwezigheid van de probe kan vervolgens onder een microscoop worden gevisualiseerd, wat wijst op een EBV-infectie.
Testen op EBER is om verschillende redenen belangrijk:
Artsen hebben dit artikel geschreven om u te helpen uw pathologierapport te lezen en te begrijpen. Contact als u vragen heeft over dit artikel of uw pathologierapport. Voor een volledige inleiding tot uw pathologierapport kunt u lezen dit artikel.